zaterdag 31 december 2022

Het Monument

Op de valreep van de jaarscheiding toch nog een blog, sommige zaken in een vissersleven zijn te bijzonder om te laten passeren zonder enige aandacht. En 2023 is weer 2023. 

Afgelopen weken (maanden eigenlijk al) is het leven, en daarmee het vissen, anders dan normaal. Mijn schoonmoeder kreeg in september te horen dat ze terminaal was, en daarmee kreeg mijn dagelijks leven en het ritme dat daarin verborgen is een valse twist. Terzijde, naarmate de tijd verstreek en de slopende ziekte steeds meer grip kreeg op lichaam en geest van mijn schoonmoeder, vroeg ik mij aan de waterkant steeds sterker en regelmatiger de vraag hoe zinvol of zinloos zo'n op jezelf gerichte hobby is? 

Afgelopen week was het einde nabij, dat was aan alles te merken, en in plaats van netjes het ritme (ook hier) van het lijf af te wachten via palliatieve sedatie kwam de (in mijn ogen terechte) vraag omhoog drijven hoe zinvol uitzichtloos lijden moet zijn en werd euthanasie van een woord een mogelijkheid. Het geval wil dat ik dezelfde afgelopen week mezelf ook al helemaal vrijgeroosterd had (geen werk of andere zakelijke- dan wel privéverplichtingen) om maximaal te vissen, en de weergoden waren ook nog eens bijzonder goed geluimd. Ondanks december visweer en nog eens visweer. 

Helen was als dagelijkse mantelzorger van haar moeder al een tijdje vrijgesteld van huishoudelijke taken in ons huishouden, daar zat voor mij de enige verplichting om dagelijks te realiseren. Geen problemen daar, en dat bood in overleg wel kansen een hengeltje uit te gooien, of wat te zwerven langs diverse wateren, zo weer nieuwe ideeën opdoend. 

Zo kwam ik op donderdag 29 december in een polder terecht waar ik al dik 30 jaar kom. En met veel plezier. Er is niet heel veel veranderd, behalve de visbestanden, na 2011/12 moesten we grotendeels overnieuw beginnen. Grotendeels, want een paar exemplaren hadden de strenge winter overleefd en één daarvan had in 2009 al grote indruk op me gemaakt vóór de grote sterfte, een bak van een spiegel, tegen de 30 pond aan. Destijds gevangen door Andries Hoekstra, toen nog slechts een bekende via mailcontact over GHV-zaken, en inmiddels een fijne (vis)maat. Als je mijn blog regelmatig leest moet die naam je opgevallen zijn (zo niet, heeeel snel naar rechts scrollen en zijn blog bezoeken). Ik stelde net "grotendeels", omdat hij deze prachtvis in 2013 opnieuw ving, als true survivor. Wat een schoonheid in die tijd (we hadden nog geen weet van de huidige geleverde karperstammen). En toen ik vismaat Arend 1 x meenam in 2019 kwam die vis er nogmaals uit. "Ja Arend, daar moet je vissen".  Arend had 10 minuten nodig... Maar ik gunde het hem, al mocht ie nooit meer mee natuurlijk. Dus goed beschouwd had ik al 14 jaar weet van deze vis en er ook wel een soort van 'achteraan gezeten', voor zover dat lukt in zo'n poldersysteem. Laat ik het zo zeggen, ik heb vaak over het vangen ervan gefantaseerd. Zij of hij (dat is niet duidelijk) was, als ik er viste, nooit heel ver uit mijn gedachten. (Got you there Moolenaar, tóch een targetvissert)

Soms wijk ik qua materiaal wel eens af van wat ik normaliter vanuit de basiskennis bijna automatisch als visser inzet, een net of een hengel, een haak of een lijn, zoiets. Moet zeggen dat dat regelmatig zorgt voor moeilijkheden, let maar op. Waarom ik dat dan toch doe? Laten we het maar ogenschijnlijk voortschrijdend inzicht noemen, of beter vermeend voortschrijdend inzicht aka tijdelijke verstandsverbijstering, soms moet je dan op je schreden terugkeren, steevast na een misser, en bedenken dat de oude kennis voldoende uitgekristalliseerd is, het gewoon zo laten, niet aan sleutelen. Dit keer had ik mijn zeeltnet (Korum spoonnet voor barbeel) van 65 cm meegenomen, puur om het gemak van het vervoer tussen stekken, dit net ligt lekker in balans met lopen. Niet zo groot als mijn karperschepnet, en vooral ook minder diep. Ik doe dat wel meer, als ik geen grote vis verwacht. En er heeft al eens een 107 cm graskarper ingelegen, was ook niet de bedoeling, maar ging prima. 

De stek die ik wilde bevissen doe ik alleen in de winter aan, omdat ik weet dat een aanzienlijk deel van de populatie zich dan hier verzameld, en met een warmere zuiden of zuidwestenwind ook prima bereid is tot azen. 1 hengel met de method, een wafter en een wakertje, de andere met een pen en een mais/worm-combi. Door tevens de eerste in te zetten kon ik daar vissen waar de meeste vis doorgaans ligt, net buiten bereik van een pen, een beetje meer op zeker spelen, naast de lol van rommelen met een pen. Beetje voer op beide stekken, minimaal uiteraard, het is december. Al na een klein half uur een opsteker op de pen die blijft hangen. Slaan, en vasttikken op een karper. Niks spectaculairs, althans qua gewicht. Een verse uitzetter van november 2021. Wel spectaculair qua beschubbing, dat beloofd wat voor de toekomst. Sowieso, ik heb er een aantal teruggevangen vanaf halverwege 2022, en stuk voor stuk spectaculair in groei. 




In mijn ooghoek zie ik een auto naderen waaruit een man stapt. Iemand van het waterschap die (uitgerekend hier vandaag) wat werkzaamheden komt verrichten. Zal met het fotograferen van de vis wel even wachten totdat de kust weer vrij is. Voor je het weet heeft hij dadelijk een Oud en Nieuw feest met karpervissende familieleden... Ik hang de rijen met net en al tussen de rieten. Half uur later een loper op de methodhengel. Sterke vis! Zéker geen uitzetter. Zo'n diep blijvende vis met van die stompen op je top. Het duurt even voor ik er een blik op kan werpen. Het blijkt een forse spiegel en vlak voor het net herken ik zelfs dé spiegel van deze polder, het Monument. Scheppen gaat probleemloos, al ontsnapt wel de rijenkarper tijdens dat proces. Ach, een mens kan niet alles hebben. Gelukkig maak ik altijd dírect matfoto's, dus ook die was voldoende vereeuwigd. 

Wat een bak zeg, en al die jaren nauwelijks tot niet gegroeid, nog steeds vlak onder de 30 pond en 88 cm. Deze vis is - als hij van de laatste uitzetting voor mijn tijd is - 30 jaar geleden uitgezet (1992), en was daarvoor al een jaar of wat oud. Dus minimaal tussen de 30 en 35 jaar oud. Met recht een monument. Daarbij, het laatste jaardoel, minimaal 10 x 20 pond ook gehaald, nipt. Daar moet ik wel een goeie tropheeshot van, dus hang ik de vis zorgvuldig weg tussen het riet na de matfoto. Er kan niks gebeuren. Uit gewoonte leg ik direct daarna de voerkorfhengel weer op de stek. Het is nu wachten op het vertrek van de waterschapsheer. Ik blijf in de buurt van het net. Tot ik 10 minuten later weer een aanbeet krijg op die methodhengel. Mozeskriebel, wat een kracht heeft deze vis? En dan niet alleen, het net zit al propvol met de grote spiegel, dus hoe ga ik die nieuwe vis erbij scheppen? Tom Poes, verzin een list! Ik besluit de vis zover uit te drillen dat het scheppen slechts een formaliteit is, niet voor het eerst dat dit zo gebeurd. Maar als ik het net oppak, zie ik dat de grote spiegel verdwenen is, zomaar...? Het net is niet gekanteld, hangt niet half uit het water, ik heb geen plonzen gehoord of de steel zien schuiven, niks, gewoon zoals ik het heb achtergelaten. Maar desondanks zonder de spiegel. Opnieuw maar goed dat ik altijd direct een matfoto maak. Ik kan er echter niet mee zitten vandaag, de derde spiegel heeft een ruwe schoonheid die iets goedmaakt. En het gevoel dat mijn schoonfamilie vandaag moet dealen met een euthansieverzoek dat binnen 24 uur gaat worden uitgevoerd maakt dat ik mijn schouders ophaal en bedenk dat er veel meer dingen zijn dan je druk maken of je al dan niet met een monument op de foto mag, 14 jaar naar verlangd of niet. 



Ja daar lig je dan, na al die jaren voor heel even de mijne... Bizar van kleur! Ik maak me op voor de plaat van 2022. Tevergeefs.

Nummer drie die middag, van een ruwe schoonheid en één bonk spieren, het verzacht iets

Fijne jaarwisseling, en wees een beetje lief voor elkaar. Veel belangrijker dan de zoveelste karper,  andere vis, of andere bijkomstigheid waarvan we onszelf hebben wijsgemaakt dat het ontzettend belangrijk is. 

Zelf ben ik met 106 karpers geëindigd, het is maar een cijfer en staat voor veel meer dan dat. Volgend jaar is letterlijk morgen, en niemand die weet wat dat gaat brengen. Als je niet begrijpt wat ik bedoel maar eens googelen op filosoof (David) Hume. Ik kan slechts hopen op minimaal dezelfde avonturen en ervaringen, en doe dat ook.  


Voor Ellen! Rust zacht. 


donderdag 8 december 2022

Permanente keuzestress

Einde jaar alweer bijna; hoe ouder je wordt, hoe sneller de tijd. Moest er altijd wat om grinniken, als mijn moeder dat beweerde, maar ze heeft gelijk. Het rad gaat steeds sneller. En het plannen maken en daarmee willen uitvoeren eveneens, er is nog zoveel te (be)vissen. Als ik terugkijk heb ik dit jaar op 35 wateren gevist* en op 26 gevangen, en daarnaast de helft aan interesses noodgedwongen laten liggen. Omdat ik nou eenmaal een jager ben is het actieve vissen en daarmee grotendeels slechts oppervlakkig afromen van zo'n water nou eenmaal mijn lot, zelfgekozen en doordacht, it suits me fine. Dat je daarmee niet alles vangt aan potentieel (lees; de bakken) zal me worst zijn, frustrerender vind ik het dat ik niet aan al mijn plannen (kennis en inzicht) uitvoeren toekom, en al die potentieel te vangen karpers die ik dáármee laat liggen... komt bij dat ik graag uitzoek hoe het ergens werkt, en zodra ik daar achter ben de interesse direct al tanende is. En dóór... zeggen ze tegenwoordig. Ach wat zeur ik toch, ik voel me rijk. En daarmee jullie ook hopelijk, want we vissen allemaal in dezelfde vijver goedbeschouwd. 

*Snoek, zeelt en graskarpersessies even buiten beschouwing gelaten.

Hieronder wat beelden van een aantal niet in de blog getoonde vissen van afgelopen jaar, het zijn er weer aardig wat en de een nog mooier dan de ander. Al was het gros niet zwaarder dan 15 pond, ze hebben allemaal een eigen verhaal. Prachtige vissen, parels. En, waar houdt het op, want die vis moet ook nog gaan groeien? Superparels dan maar? Ik mag het hopen. Wel maak ik me zorgen over de overleving in algemene zin, vele wateren leveren niet dat op waar ze in theorie genoeg vis zouden moeten bevatten, ondanks gedoceerd uitzetten. Of worden onze karpers een paar jaar na uitzet ineens zoveel slimmer? Laten we het daar maar op houden, geeft nog wat na te streven aan, namelijk zelf ook slimmer worden. 

Hier beneden in volgorde van vangen: 



















En dat is 100!

Dit jaar dus 100 karpers gevangen, daarmee is dat 'doel' gehaald, met een verhouding 1 : 2 schub - spiegel.  Al is dat absolute getal scoren nooit de reden geweest om er op uit te gaan. Wel moet ik bekennen toen ik driekwart november op 93 uitkwam dat ik een volgende sessie wat makkelijker gepland heb om er voor te zorgen dat ik dít jaar wel boven de 100 zou kunnen gaan eindigen😬, dit omdat dat streven in 2021 toch net voor de eindstreep gestrand was door een 'onvoorziene situatie' (en inderdaad... omdat je het nooit weet, begin december dit jaar onverwacht paar weken niet gevist door luchtwegontsteking...). Heb al met al weer heel veel gevist dit jaar, gemiddeld toch 2 x per week, dat is overigens ongeveer net zoveel als mijn vrouw gesport heeft. Maar tegen haar zeggen de buren nooit "ga je nou alweer sporten?" Begrijp jij dat nou? 

Van die 100 karpers moesten er minimaal 10 van 20 pond (bíjna gelukt) zijn, waarvan 2 van 30 pond (check!!). En elke maand een karper. (December is nog niet afgedekt, maar 1tje vangen moet nog wel lukken.) Kijk ik dus naar mijn doelstellingen, dan zijn die voldoende gehaald. Is dat zinnig, een doelstelling? Heb er veel over nagedacht, het geeft namelijk wel richting. Niet in de dagelijkse beslissing hoe en waar te vissen, dat is aan hele andere beweegredenen onderhevig,  maar in het grote geheel ervaar ik het wel als een boost. Los van de vraag hoe zinnig vissen überhaupt is op de schaal van Maslov.

Kijk ik naar hoe die vissen gevangen zijn dan kom ik tot de volgende cijfers: 37 karpers zijn gevangen met de pen, 6 zijn gevangen met de pen met daaronder een voerveer, 41 karpers gevangen met een methodsysteem als vastlood-montage, 16 karpers gevangen met vast lood en bollen. Veeg ik die vier subsystemen bij elkaar dan 43 met de pen, en 57 met een vastlood-montage. Door het kijken naar de subsystemen zijn er wel wat conclusies aan te verbinden, maar eigenlijk de verkeerde (de interpretatie laat ik aan jezelf over), want ga ik wat gedetaileerder kijken en betrek ik de periode (het seizoen) erbij dan zie ik vanaf 1 jan t/m eerste week maart hele andere cijfers: met de pen 2 stuks, met de pen met een voerveer ook 2 stuks, met de method als vastlood-montage 31 zelfs en met vast lood niks (want niet ingezet). De lente en zomer periode zijn omgekeerd: 19 karpers met de pen, 3 met een pen en een voerveer, niks met de method als vastlood-montage, en 4 met vastlood. Neem ik de periode na mijn zomervakantie dan 16 karpers met de pen, 1 met de pen en een voerveer, 10 met de method als vastlood-montage, en 12 met vast lood. 

Daaruit is m.i. goed af te lezen dat het seizoen bepalend is voor waar ik wil (of beter kan, in de hoop op succes) vissen, en daarmee bepalend voor de methode, die weer bepalend is voor de vangsten. In de winter een paar keer gevist, maar elke keer jackpot, en vrijwel alles met de methodveer als vastlood-montage. De lente en zomer zouden dan met pennen en gewoon vastloodvissen (nachten maken) doorgebracht gaan worden, maar van alleen dat pennen kwam het voldoende. Door het niet vissen (of niks vangen in de 2 Duitse weken) 's nacht met vastlood bleef de vangst van 20 ponders in die periode achterwege. Waarom ik dit zo stel? Vanaf periode drie (nazomer en herfst) wist ik mezelf te herpakken en ging ik ook weer 's nachts vissen, en zie, niet alleen de gevangen vissen met vastlood (en een bol) namen toe, maar ook de 20 ponders, 8 van de 9 in korte tijd. 

Goed beschouwd zou ik dan ook de hoeveelheid penvissessies en vastlood sessies nog kunnen scheiden, en de hoeveelheid uren per methodiek uitrekenen, en dat loslaten op de resultaten. Dat doe ik niet, die gegevens interesseren me op dit moment te weinig. Al heb ik dat vroeger wel gedaan. Wat daar uitkwam; telkens wat anders eigenlijk, mede omdat de hussel van seizoen, het gekozen water in dat seizoen, en de methodiek variabelen zijn die het onmogelijk maken solide uitspraken te doen. 
Hetgeen hierboven staat geldt slechts voor mijn visserij, en slechts in 2022. Maak ik een andere hussel is het resultaat anders. En mijn ideeën/resultaten kun je niet zomaar overplanten op elke andere visser. We doen het allemaal anders. Daarom slechts ter leering ende vermaek. 

Een en ander heb ik begin december al uitgewerkt, er zullen nog wel wat karpers bijkomen (hopelijk die 'missende' 20-ponder), maar die doen aan het grote plaatje niets af. 

Ondertussen voor de vereniging ook weer de nodige karperuitzettingen gedaan, eigenlijk wel weer in ons hele grondgebied. Den Haag, Gouda, Oude Rijn en diverse uitgestrekte poldersystemen. Van die laatsten nog wat resterende kleinere opbouw uitzettingen gepleegd om het daarna met rust te kunnen laten plus een paar hele verse polders die een eenmalige injectie gekregen hebben. Ben weer benieuwd hoe een en ander zich gaat ontwikkelen. 


Cortenspiegels; geselecteerde Tjechen voor de Goudse singels. Kijk vooral goed naar het exemplaar linksonder, een kleine 10% was overdekt met stardustschubjes, aanwinst. 

HSV GHV/ GH missie: Hart voor vis, visser en omgeving. Het is maar even dat je het weet😀.

En de vissen van Ed (special carp), wat moet ik er van zeggen? Dichterbij de bejubelde Valkenswaardlooks kun je momenteel niet komen. Grote klasse. 


Wat ik komend jaar ga doen? Kan me alleen maar aan de behoefte van dit moment spiegelen; gewoon op dezelfde weg doorgaan met dezelfde subsystemen en ideeën. En dan zien we volgend jaar lopende het jaar wel verder. Doorgaans is het toch 'life is what happens to you, while you're making other plans'. Het lijkt er in elk geval op dat ik de nachtvisdemon heb verslagen, wat er voor kan zorgen dat ik die polders die daar extreem goed voor geschikt zijn (er zijn er ook waar je overdag weinig tot niks kan vangen, raar maar waar) weer eens goed kan gaan bezoeken. Heb er zin in. Maar voorlopig eerst deze komende drie wintermaanden zoveel mogelijk pennen bij duikers en bruggetjes en een methodveer te water laten op die plekken waar ze in winterconcentratie op wat afstand liggen.

Ook weer eens wat andere zaken als baarsvissen met de worm, vroeg in april brasemvissen (eindelijk weer eens een plek die het waard is er in te investeren, en ook nog eens in de buurt van de grote zeelten put in Bijna Frankrijk, dat kan een mooie combi worden) oppakken, en ook Frankrijk trekt als een wezenloos aan me, de kennis daarvan stapelt zich op, en ik mis de couleur locale ontzettend. 

Onlangs mezelf weer eens gekieteld met dobbers van Dobberrob uit Zoetermeer. Bij hem koop je tegen vooroorlogse prijzen echt pennen om te vissen, voor mij zoals Co Sielhorst hengels bouwde, zonder no nonsense. Aanrader. Even googelen. 


Er ligt voor nog geen € 20,00 aan handgemaakte pennen

Het mooiste dan maar voor het laatst bewaren, tot in 2023!



vrijdag 18 november 2022

Han's Solo

Flow, flow, flow, wherever you go, daar lijkt het toch wel aardig op dit najaar voor ondergetekende, behalve als je dan onze oostgrens gepasseerd bent, dan wordt het taai, zelfs grimmig. 

In mijn laatste blog gaf ik nog gewag van een minicursus "how to" gevolgd te hebben in de polders voor wat betreft het nachtvissen, want deze zomer stond ik wat dat betreft on hold. Kon mezelf even niet zover krijgen. En die positieve mindset was wel nodig omdat er weer een trip naar de oosterburen op de helling stond. Want zo al afgesproken in 2020 met vismaat Arend. Hij is nou eenmaal leraar en dan is tijdens de schoolvakanties op visvakantie gaan de enige optie, althans als je het samen wil doen, en omdat het ons gezamenlijk project was... 

Vorig jaar 2021 al drie keer samen afgereisd en in die drie trips ook wel vis gevangen, maar niet op mijn eigen hengels, het blijft raar voelen, eigenlijk niet mijn ding, na er een keer of wat toe gedwongen te zijn omdat alles slechts op 1 hengel kwam. Weet nog dat ik een week nodig had om de beelden op de computer te zetten, terwijl dat normaliter het eerste is wat ik doe na een trip na alle verplichte rituelen. Op dat hele meer bleek er maar 1 zone productief, en uiteraard niet mijn zone, achteraf gezien zat er dan ook nog maar heeeel weinig karper, max 50 stuks op 400 hectare, met zijn vele hoeken en baaien. Dus hengels delen bleek de enige remedie samen succesvol te zijn. 

Zover stonden we er de twee eerste trips van dit jaar ook nog in, mei en juli, trips van twee volle weken, maar elke 'angst' van mijn kant weer te moeten delen bleek ongegrond, we kregen beiden volstrekt geen beet. Goede raad was duur, eigenlijk waren we er wel een beetje klaar mee, en dat resulteerde in frisse tegenzin in de herfst nogmaals te gaan. Onterecht, want het najaar was nou precies de tijd waarin het zou kunnen lopen, dat hadden de 9 runs binnen 24 uur (op 1 hengel) ons wel bewezen oktober 2021. Dit jaar daar vissen zou wel het laatste zijn, de vergunningen zijn niet mals, los van de vele kilometers, tijd , moeite en energie. We gingen nog wel samen op pad in de herfstvakantie, maar dan wel elders, dichterbij, minder taai. Nadat de Nederlandse Maas om diverse redenen afgevallen was kwam Arend al snel met de oplossing. Hij wist van een mooi Duits meer dat wel wat aandacht kreeg van collega's, maar wat naar onze normen toch wel te kraken zou moeten zijn. En grote karpers. Eis van Arend. Merk dat ik daar zelf wat ambivalent in ben, want die boeien me niet, an sich als kaal feit, als doel om te gaan hengelen, maar zo nu en dan wil ik ze toch wel erg graag vangen. Heb is alleen geen heilig moeten, heb liever aantallen, daar komt die grote dan vanzelf wel tussendoor (al moet hij er wel zwemmen). Arend is een keer op eigen initiatief gaan proefvissen en had ter plekke gelijk contact met zijn tipgever. Al met al kwam hij heel positief terug, dus we hakten de knoop door, we zouden samen gaan. Wel hield ik 'm voor, nog steeds half in de zomer-geen zin in nachtvissen-modus na 5 nachten geen beet zou het doek voor mij vallen, ongeacht hoe en wat, je begrijpt, we gingen ieder met eigen vervoer. Dat gaf de nodige bewegingsruimte, en rust. Wel had ik 'm meermalen gevraagd om aan zijn contact te vragen hoe groot die het bestand schatte, maar daar kwam voor mij geen tijdig antwoord op. Daar moet je dan in berusten. 





Aangekomen ter plekke eind oktober zitten er aan de 'eigen kant' vier karpervissers, zoooo, dat had ik niet verwacht. Er zat niks anders op dan naar de overkant te gaan, maar... ik had de grote boot thuisgelaten, voor zover mij verteld was zouden we nergens verder dan 150 meter uitvaren, hetgeen ook klopte al met al, en daarvoor had je de grote boot niet nodig. Maar dat we wel naar de overkant zouden moeten voor stekken? Met alle spullen voor een week... Laten we het maar op een misverstand houden. Omdat ik met eigen auto was had ik wel mijn trolley bij me, en ik geef niks om kilometers maken met de benenwagen, dus Arend zou met de grote en kleine boot met zoveel mogelijk spullen overvaren en ik zou mijn auto zoveel mogelijk die richting opbrengen en verder alles met de trolley doen. Zo gezegd, zo gedaan, goed te doen eigenlijk, ik kon bijna met de bolide in de buurt van een van de kopse kanten komen. Daar wandelend met de trolley aangekomen had Arend voor zichzelf al uitgemaakt waar hij wilde vissen, heel centraal, vanuit de diepte tegen een wierbed aan. Had ik ook gedaan. En als aangever van het water had hij die ruimte ook. Er restte mij echter niets anders dan er rechts van plaats te nemen, op de stek ernaast. Kon daar niets anders doen dan 'ergens in het midden' een voerstek aan te leggen, in naar wat ik vermoedde een geul was waar de vis doorheen trok, naast een hengel onder de kant onderop het eigen talud, op 6 meter. Niet teveel voer, we spreken al van eind oktober. In eerste instantie zit ik qua gevoel goed te vissen, maar in de schemering blijkt er in alle stilte een Duitser rechts van mij plaatsgenomen te hebben, op slechts 30 meter, die mij afblokt. Daar houd ik niet van. Mijn vertrouwen daalde wat. De opvolgende ochtend een gigabrasem op de kanthengel, en weet je, ik was er nog blij mee ook. 


Met de grote en de kleine boot naar tóch de overkant

Daar lig je dan met je 69 cm, maar wie vist er dan ook met 12 mm wafters? 

De beetloze eerste nacht doet me beseffen dat ik niet de zoveelste uitzittrip moet creëren, alleen vanwege het heilige samen gezellig vissen en eten. Voor dat laatste moeten we dan maar een oplossing zoeken (die uiteraard komt).  Heb nu de beschikking over de trolley, ik ga ze zoeken, dat is veel meer mijn ding. Dan vis ik wel om Arend heen, zo kunnen we het water ook veel beter leren kennen, stel je voor dat we nog eens terugwillen. Qua weer is het ideaal, nog steeds een voor de tijd van het jaar warme wind recht op onze kant. Ik ga de uiterste rechterhoek in, tegen een rietkraag aan, waar het talud steil omhoog komt. Een uitstulping in die rietkraag doet me vermoeden dat die uitstulping onder water ook doorloopt. Hetgeen klopt. Daar komt een hengel. Op het wijd vind ik een plateautje van 10 m2, met een diepte van 2,5 terwijl het er omheen 6/7 meter is. Ga natuurlijk niet op dat plateau liggen, dat doet iedereen, maar aan de onderkant op het talud op 6 meter water. Dit voelt al veel beter, niet verplicht aansluiten, maar zelf uitpuzzelen. Om kort te gaan, beiden niks nacht twee, al lieg ik nu, weer zo'n superbrasem. Nacht drie denk ik op de hengel van het uitstulpingkje weer een brasem te hebben, die zich in het wier heeft vastgezwommen. Even met het bootje ernaar toe, zonder net, want een brasem. Stom! Blijkt ter plekke een schubje. Euhhhh...? Ik neem hem op sleeptouw naar de kant en de vis doet gelukkig niet al te veel, in elk geval is het goed te pareren allemaal. Daar aangekomen schep ik 'm, en blijkt hij een stuk groter dan gezien in mijn hoofdlamp. Check! De eerste vis sinds vijf Duitse sessies. Ik krijg een superboost. 


Lijkt wel een 'ordinaire' Nederlandse polderschub, maar dat maakte me niks uit, prachtvis, the spell broken. Het uitzetten van deze nieuwe vissen is niet zonder gemor van de karpervissers, die willen hoge vissen, maar de ASV ter plekke interesseert dat niks💬.

Je moet weten dat ik mezelf op deze stek twee nachten beloofd had, ongeacht de vangst (tenzij ik als een gek was gaan vangen) en die waren nu voorbij, dus alles op de kar en moven maar weer. Nu naar de andere kant van het water. Toch twee keer lopen, plus zorgen dat het uitvaarbootje er ook komt... Het neemt tijd al met al. 

Zit nu op de kant waar de wind opgestaan heeft de afgelopen periode, er staat maar weinig water (2 a 3 meter) en nog het nodige wier. Eerder, op speurtocht met het bootje, had ik al gezien dat dat wier al gaten vertoonde gezien het afsterven wat optreed in dit jaargetijde, en daar deden de koeten hard aan mee. Ik had er wel vertrouwen in. Net als ik zit in de namiddag krijg ik een telefoontje, Arend heeft er eentje gevangen. Het blijkt een spiegel van 39,8 kilo. Prachtvis. Feestje! Samen genieten we er van. Juist die avond neemt de wind af naar nul, en koelt het sterk af... Niet het moment om op de ondiepe zone te zitten. Het wordt dan ook niks, niet eens een brasem. Rond 06.00 uur 's ochtends ga ik alweer verkassen, zinloos hier. Ik ben ook al aan het voeren geslagen, 2 dagen ervoor,  op een ander meer er vlak naast, zo'n overgeslagen meertje, maar van de controleur had ik vernomen (en hij had mij wat foto's getoond) dat ze daar ook zwommen, en veel minder bevist werden. Daarbij... veel dichter bij de auto. Dus ik weer daarnaar toe met alle spullen. Dit  naastgelegen meer voelt veel intiemer. Ik vis op een richel met mooie diepteverlopen, heb er echt alle vertrouwen in. Met 7 hectare kunnen ze niet heel ver zijn. Toch geen karperbeet gehad, wel weer zo'n brasem, blijkt de volgende ochtend. Dus ik opnieuw bij eerste licht verkast, jammer dan van het voer, terug naar de stek waar ik die schubkarper ving, kijken of het voer dat daar is achtergebleven nog een vis heeft kunnen verleiden even langer te blijven hangen. Lekkere stek, kan niet anders zeggen, voel me er senang. Arend heeft die nacht wél karperbeet gehad en vangt de grootste schub van het water (zo blijkt later, de vis waar zijn contact achteraan zit, en die er 1 x per jaar uitkomt) op 46 pond. Zijn jaar is goed, dat begrijp je. En daarmee is het ook genoeg voor hem, hij besluit de volgende dag naar huis te gaan, een dag eerder dan eigenlijk bedoeld, vrijdags in plaats van zaterdag. Vind ik niet erg, kan ik zijn stek ook nog 1 nacht bevissen. Die nacht levert ons beiden niks op. Arend zit de productieve uren nog uit (naar zeggen van het contact) op vrijdag en dan neem ik over. Ik kan je zeggen, heb slecht geslapen, was er helemaal klaar voor. Maar nee, het mocht niet baten, ze moesten de bollen niet meer. Zaterdag ga ik voor de laatste keer inpakken, na uiteindelijk zes keer verkast te zijn in een week. Heb het dit keer geheel naar eigen wijze gedaan. En wat gevangen. En daar heel hard voor moeten zwoegen, een ander woord heb ik er niet voor. Maar het was het waard. 


Lekkere stek, kan niets anders zeggen, voel me er senang
Aan de obligate zonsop- en ondergangen geen gebrek




Gaandeweg die week was ik er achter gekomen dat dit een keihard circuitwater was, dat het grootste deel van het jaar flink onder druk stond, van zeker niet de minste karpervissers, en dan niet alleen maar lokale. De vissen kenden het klappen van de zweep. Daarnaast, er zwom maar heel weinig karper; 50 stuks op een goeie 80 hectare is niet veel. En dat is inclusief de verse uitzetters, elk jaar een paar. Niet mijn ding, zeker niet als ik dat van tevoren geweten had, daar had ik voor gepast, daar lag mijn behoefte niet op dat moment.  Maar als je er bent maak je er het beste van. Wat ik niet goed gedaan heb, nee dat verkassen was een goed plan - beter dan het net als Arend ook statisch uitzingen, want de stek waar dat dan had moeten gebeuren had niks in zich om vis aan te trekken - is nadat ik de ondiepe stek verlaten had ik per se op de aangevoerde zone van dat andere meertje moest vissen. Maar ja, soms komt voortschrijdend inzicht per dag. Tijdens het terugvaren met de dieptemeter in werking kwam ik schone dieptes tegen tussen het wier van vijf meter diep, eigenlijk aan de andere kant van het grote wierbed waar Arend tegenaan zat te vissen. Daar had ik moeten neerstrijken, maar ja, je hebt gevoerd en dan moet je zo nodig gaan afromen... 

Ergens die week hadden Arend en ik besloten - gesterkt door de successen, en daarmee goed gemotiveerd - om op ons noordelijke Noppessee nog 1 keer een poging te wagen samen, een lang weekend, en daarna hadden we ook al een weekend geprikt, maar hij kwam een uur of wat wat beteuterd vertellen dat dit in zijn geval niet door kon gaan, wegens eerdere afspraken met de baas thuis. Tja, dat begrijp ik, zo werkt dat aan deze kant ook, soms. Ik gaf wel aan dat het dan lastig zou gaan worden gezamenlijk, er moesten nog karpers uitgezet gaan worden voor de vereniging, iets dat doorgaans meerdere weekenden kost in november en/of december, los daarvan is december altijd een 'korte' en drukke maand... het zou zo maar zo kunnen zijn dat we apart moesten? 

Dat idee heb ik even geparkeerd, maar als snel bleek dat als ik nog iets wilde, en het meer had nog wat goed te maken met me, ik toch in het eerder gezamenlijk gekozen weekend zou moeten gaan, maar dan solo. Dat gaf me ook gelijk de kans zelf eens in de productieve zone te vissen, en daarmee zelf de vissen echt te vangen. Qua werk had het nog wel even wat voeten in de aarde, maar al met al leek het een go te kunnen worden. Twijfelde het weekend ervoor nog even, had weer een superflow weekend, en wat ik ving was al zo verzadigend dat noodzaak om naar Duitsland te rijden en daar een grote 'te halen' even ontbrak, maar mijn verstand won het van mijn gevoel en zo zag ik mezelf donderdag 10 november met een auto vol spullen wegrijden richting oosten. 


Als grootste van een leuke trits in het tussenweekend al behoorlijk verzadigend van zichzelf

Zo'n lange trip in je eentje is goed te doen, mits voldoende voorbereid, en een en ander resulteerde in een probleemloze aankomst rond een uur of 14.00. Dat lijkt riant, maar naar het oosten wordt het eerder donker, zat tegen de uurgrens aan, dus ik moest me nog haasten ook om op tijd in te liggen, ondanks dat ik exact wist waar ik wilde zijn. Wat ik aantrof kwam overheen met mijn herinnering en daar ging ik vissen, geen twijfel aan. Spot on. Laat maar komen. 


Stil genieten van ogenschijnlijk niets

Gezien de watertemperatuur van 14 graden durfde ik er ook nog wel wat voer op te zetten deze eerste dag. Geen kilo's, maar ook niet alleen 3 bollen naast de rig. En wat verspreid, moest ook wel want windkracht 4 betekend hier de golven op de kant, dus heel secuur wat aas naast je rig is best lastig, het blijft ad random. Daarbij, ik vis tussen 6,5 en 8,5 meter diep, dan is verspreiding sowieso aan de orde. Heb ik geen moeite mee, de ervaring heeft geleerd dat zoiets meer dan secuur genoeg is op dit soort water. Mijn idee; op klein water azen de vissen op de vierkante meter, en verplaatsten ze zich langzamer, op groot water gaat het veel meer met het grote gebaar in alles. Om 16.30 is het donker, en dan niet gewoon donker, maar pikdonker. Wind en wolkendek blijven, dat is gunstig. Die nacht de eerste run, die resulteert in de eerste zelf gevangen vis hier. Een prachtige typisch Duitse spiegel. Ben over the moon, heb dus gelijk gekregen: het is een najaarszone. 


Ondanks het gebrek aan hengeldruk toch de nodige formaten en 'smaken'

Simpele en doeltreffende klauwhaakrig; wat ik nodig had op die afstand was een vis die bleef hangen

Het was echt waar, er lag een vis in mijn boot

Overdag is er niet veel te doen behalve wat fotograferen en lummelen, heb er geen ander woord voor - wat doe je nou eigenlijk op meerdaagse sessies zonder actie? - maar gelukkig duurt de dag maar kort (van 08.30 t/m 16.30 is maar 8 uur) hetgeen inhoudt dat er 16 uur aan donkere kansen zijn. Nacht twee is een kopie van de eerste, ook die nacht maar 1 aanbeet, midden in de nacht. En ook die vis komt in het net. Het blijkt een schub van het betere gewicht. Mind you, vorig jaar had ik ook zo'n unieke schub als enige, Arend had alleen maar spiegels. Bij daglicht ben ik alert, vandaag is het zaterdag. Ik verwacht op deze vrije dag een defilé aan snoekvissers met bootjes, gister moest ik al vijf maal naar vissers toe varen om hen te duiden waar en hoe ik zat te vissen. Iets dat zij allen respecteerden, en zonder enige wanklank om me heen visten. Maar vandaag op deze voor de meesten vrije dag níemand gezien?!


Een bak!

Nacht drie wordt anders, de wind valt weg en de volle maan is in staat om wat invloed te hebben, het wolkendek breekt. Niet mijn ding, maar sommigen zweren erbij. Heb zo wel de kans veel secuurder te voeren, met kruim en een PVA-zakje. Als de eerste run al om 23.00 uur komt denk ik "nou komen er meer". En weer een schub... Dat het nu zou gaan lopen blijft bij wensdenken... Op een brasem na die een 24 mm bol tracht te verorberen, en geloof me, de bol paste er echt níet in, ik heb het zelfs geprobeerd, blijft het stil. 


Dag wolken, dag wind

Met als bijkomend voordeel, secuurder uitvaren

Hij paste echt niet


Drie aanbeten in drie nachten die resulteren in drie vissen voor de lens, ik ben er blij mee, heb mezelf bewezen dat het solo doorzetten een goede move was. Voelde als een echt avontuur, ben de uitdaging aangegaan en heb mijn persoonlijk doel gehaald, alle moeite is uiteindelijk niet voor niets geweest. Wie weet wat december nog brengt in deze?


Nacht 1

Nacht 2

Nacht 3

Resultaat van de HDR-stand op een noodgedwongen nieuwe telefoon

Het achterland

Waar je maar kijkt bos, water en aaneengesloten rietkragen zonder huizen of mensen


Toch maar weer Auf Wiedersehen? 


Naschrift: wilde de eerste sessie met Arend maar kort omschrijven, als inleiding voor het echte verhaal, de solotrip. Maar al typend bleek dat er veel meer te melden viel over niet vangen, dan over wel. Met de beelden was het precies andersom.