En zo zijn we een maand verder, doorgaan wel de tijdspanne die ik nodig heb voor een nieuwe blog. Dat deze weinig over echt vissen zal gaan komt simpelweg omdat vissen er op 1 keer na niet van gekomen is, te druk met belangrijker zaken. Daarmee is ook het obligate maanddoel niet gehaald, maar wat het zwaarst is moet het zwaarst wegen nietwaar?
Zoals een ad hoc wintersporttrip; Helen zat er flink doorheen na alle ellende omtrent haar moeder's overlijden en was nódig toe aan een verzetje. Haar jaarlijkse week op de skies moet sowieso al het emotionele equivalent zijn van mijn héle jaar vissen. Dát lijkt me zwaar. Daarvoor wil je als partner dan toch met liefde de kostendekkende factor zijn?
Al was het maar hierom, Grüssen von hubsche Mädchen aus Tirol |
En ook het klussen op afstand was een vette tegenvaller, het gewone leven gaat dagelijks door zodat er weinig tijd overblijft om te klussen, en dan moet je planningsbakens verzetten. Komt bij dat ik voor 80% klaar wil zijn, dan kom ik eindelijk eens aan mezelf toe i.p.v. nog maanden of jaren in het volgende bouwval te leven. Dat heb ik na drie huizen (lees; halve ruïnes) de afgelopen 20 jaar wel meer dan gezien. Dus beter even heel pijnlijk, maar relatief kort, dan een zich tot in de eeuwigheid uitstrekkende, en daarmee afremmende verbouwingsverplichting.
Gelukkig is er hulp |
Andries wist me laatst uit de klusmodus te trekken, hij kwam pennen op een avond in het Goudse. En ik was al eventjes aan het voeren op een der singels, dat was daarmee gelijk een goede lakmoesproef, die kon ik gelijk mee afromen. Toevallig die avond koud en druilerig weer, tja. Zat niet lekker in mijn vel, had last van die kilte. Toch doorgezet, al wat het maar voor een paar uurtjes. Het resultaat voor mij: een brasem en een bijna brasem. Voor Andries twee platten en ja hoor, twee karpers. Hij is dan ook niet voor niks naast meester-penvisser de Koning van het brughangen, chapeau.
En zo staat 'ie rustig een half uur, of langer |
Zelf ben ik meer van het stoelhangen |
Karper is karper |
Kom ik recentelijk in de plaatselijke supermarkt (woon dadelijk in een gemixte wijk met diverse etniciteiten), waar me een schap met "buitenlandse" producten opvalt. Daar houd ik van, geeft verdieping aan het eten, dus even extra aandacht. En zie daartussen, ja echt, het leek wel Sinterklaas oid, een keur aan bouillionpoeders, dezelfde die ik sinds twee jaar (de visvariant) zeer tevreden en met veel vertrouwen al inzette. Zeer goedkoop, er zit voor een aanzienlijk deel zout in, maar toch ook voldoende effectief (voor zover je dat kunt meten natuurlijk) in het smaakdeel. In elk geval alles wateroplosbaar. Deze winter De Dunne Lijn herlezen en ook het Liebig verhaal en de ossenstaartsoep weer even helder gekregen, ook daar zou het deels aan het zout hebben gelegen (?). Ik wil maar zeggen, met mijn neus in de Goudse boter. Doe er je voordeel mee.
Aanrader dus dat Goudse boekje.
Tot in de polder. Heb zoveel mogelijkheden dat het me duizelt. Voel me wat verloren, alle jaarplanning overboord? Op hoofdlijnen zeker niet, hooguit letterlijk de weg ernaar toe, want nu kan er van alles op de (hopelijk, hij is er nog niet, elektrische) fiets.
Zomer 1977, 15 jaar oud, een van de eerste karpers uit mijn leven, en zeker de allereerste op de foto! |
Dit is anno 2022 exact dezelfde plek als de vorige foto, vaag achterin zie je nog iets wat op water lijkt |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten