donderdag 25 februari 2016

Geile Baasjes en Grand Ladies

Vandaag 25 februari, het schiet al weer op, nog een paar dagen tot de meteorologische lente, en daarmee komt het einde van het snoekseizoen in zicht. Niet alleen omdat het niet meer mag vanaf 1 april, ik heb het hier over mijn methodiek, met dood aas vissen. Staat los van de kwestie of je nog op zware zwangere dames wìl vissen. Dat zou niet ethisch zijn? Ik zeg "ja", voor mezelf dan, want dat doen we op alle andere vissoorten ook, dus niet hypocriet zijn, en mits goed behandeld breng je ook een zwangere snoek geen schade toe. Ethiek en vissen verhouden zich sowieso slecht, de marges zijn flinterdun. Ook daarin heb ik voor mezelf een keuze gemaakt, ik MOET vissen, dierenbeul of niet, dan maar naar de hel. Nee, het seizoen eindigt ook langzaamaan omdat de snoek met een statische dood aas aanbieding veel minder makkelijk te vangen is dan in herfst en begin winter.

Vissen bij bijna nacht...


... en bijna ontij


Volgens sommigen omdat ze zouden stoppen met eten, of in elk geval fors minderen. Zelf denk ik dat de snoek ook trekgedrag gaat vertonen, naar ondiepere zones. In een paar dagen tijd weggetrokken van eerder maanden bewoonde zones, foetsjie. Waar ze dan niet te vangen zijn, in de ondieptes, dus wellicht hebben de maten dan toch gelijk? Wat je steevast wel gaat vangen in deze periode, als je doorvist op het diepe, is een veelvoud aan kleine mannetjes, van die geile ADHD baasjes die opeens opduiken in de diepere delen van het water, en die je verder de rest van de periode niet ziet. Onder de 85 cm is doorgaans toch een redelijke zeldzaamheid, tot deze periode dan. Kan twee zaken betekenen; òf de grote dames zijn inderdaad verdwenen naar elders, en we weten allemaal dat dat kannibalen zijn,  dus onze rakkertjes durven nu pas af te dalen. Of ze worden gewoon te opgewonden door de naderende paaitijd en gaan op zoek naar wat te wippen, gevaarlijk of niet.
Hoe dan ook, dit is een periode van doorbijten en je door de kleinere vis heen vissen, in de hoop op een achtergebleven Grand Lady. Ik stel dat mede omdat er in deze periode ook veel meer halve oplopers of missers na een goed doorlopende aanbeet voorkomen, normaliter is dat niet zo. Beet is vangen. Zo simpel. Die kleinere snoek kan niet zoveel met een aasvis van 25 cm, althans niet direct en omdat vrij snel aanslaan het adagium is, hak je er nog wel eens naast. Mijn theorie.
Ook een leuke, een forse terugzakker krijgen op een steil talud. Het kan dan niet anders of de vis sprint terug omhoog richting -veilige- ondiepte. Heeft een dode aasvis geroken, gaat 'm halen met de moed der wanhoop en weet niet hoe snel hij weer terug moet komen, het talud op. Ik zie het al helemaal voor me. En juist nu gebeurd dat regelmatig. Vismaat David had het twee keer in een sessie op dezelfde plek, en een week later nog eens drie keer, en telkens misslaan. Ik ben er van overtuigd dat het dezelfde babysnoek was.


De laatste Grand Lady?


Even terug naar de niet te vangen dikke dames. Natuurlijk probeer ik het nu ook op de ondiepere zones waarvan je kunt verwachten dat ze er naar toe trekken, maar regelmatig vangen is er niet bij. Het zijn ook teveel zones, veel minder eenduidig dan de diepere delen van het water. Als zoeken naar een naald in de overbekende hooiberg. Wellicht dan nu dan toch kunstaas een voordeel heeft. Maar ja, dat is mijn ding niet... ondanks vier kunstaashengels en een paar dozen met meuk.
Zag onlangs een posting van Martin Bowler en Steve Rowley (4 feb, Chew the lake of Dreams) op de Drennan site. En was er van onder de indruk, van de vangsten, maar ook van de redenering, heeft me ook aan het denken gezet. Zij zochten half februari plekken op van 3 meter diep, en dat terwijl Chew veel dieper is. Laat ik het zo zeggen, ik zou er dieper vissen. Ben ik ook gewend, komt door de baitboot met visvinder, daarmee kun je tot op de vierkante meter vissen. Met lichte hengels, want je hoeft geen zware aasvis meer te smijten. Maar als je ziet wat de heren vangen op een voor hen verder onorthodoxe manier (decided to risk it all and use his bait boat, which would hopefully allow them to get their hook baits into 10ft of water), dan weet je dat ze hun huiswerk gemaakt hebben, die relatief ondiepe drie meter (10 feet) is een hele goeie daar. Maar wat doet die snoek daar? Die verwacht je daar nog helemaal niet. That's the question. Ik heb een aantal wateren waar ik verder niet vis speciaal geselecteerd voor deze laatste taaiewekenvisserij. Let you know.

Niet groot genoeg voor een tropheeshot

Idem, maar in het detail kan ook veel schoonheid verborgen liggen

Ik was op jacht naar een '30-er", deze haalde het zelfs 2 maal, in centimeters...

Alsnog te mooi om te negeren

Teveel alweer, het gaat opnieuw op een volwaardig artikel lijken. Herkenbaar? Bloggen leek me destijds juist leuk om in mijn tijd mijn interesses en vangsten te kunnen beschrijven en delen. Korte krachtige stukken die niet veel tijd zouden moeten kosten, maar de werkelijkheid is weerbarstiger; van voornoemde korte stukken naar lange lijvige epistels in krap 50 postings. Uitweider pur sang!
Al sinds 1979 houd ik een vangstenlijst bij, destijds alleen voor karper, maar gaandeweg de jaren ook voor andere vissoorten. Plus een logboek, waarmee ik in één oogopslag alle sessies kan zien qua waar en hoe, windrichting, geviste tijd etc., de voorloper van ons excelsheet. Plus een echt uitgeschreven verslag, in detail. Daarnaast alle foto's goed gearchiveerd, op jaar, sessie en vangst. Elk jaar een jaarboek, ooit met prints, tegenwoordig digitaal. Inmiddels een kast vol, en dan heb ik het over alleen de jaarboeken, laat staan de foto's, dia's en ordners met verslagen. Vooral in deze periode als ik net een jaarboek heb vervaardigd (foto's en verhaaltjes), mijn verslagen als vanouds gedisciplineerd bijhoud èn dan ook nog een blog wil schrijven denk ik wel eens "Pffffff....". Dat is geen klacht, want het bloggen heeft me veel gebracht: leuke contacten met medevissers en -bloggers; het formuleren van gedachten door ze zo op te schrijven dat een ander het ook begrijpen kan, wat innerlijke rust geeft omdat ze daarmee weer uit mijn hoofd verdwijnen in plaats van als door de zon verblinde vleermuizen tegen de binnenkant van mijn schedel aan te blijven fladderen; het gevoel dat ik het vissen nog 'ergens' voor doe (zo nu en dan), want laten we eerlijk zijn verder is het een bezigheid die de mensheid niet vooruit helpt. Ik heb behoefte aan zelfexpressie (met dat motief ben ik als fotograaf ook ooit begonnen) en het bloggen is een der bouwstenen van die hut, door Maslov genoemd zelfverwezenlijking.
Kwam in dat opzicht een meer dan lezenswaardig stuk bij collegablogger Hugh Miles tegen (de Passion for Angling cineast). Zijn blog heet Wildlife Adventures. September 2015, titel: "So much to do , So little time" en gaat over: "Why wasting my time, writing a blog? Says it all.

Het laatste fotoboek van 2015, zomaar een pagina. Ook mijn vismaten hebben een rol in het verhaal.

Ik ben tijdens het fotograferen al bezig met het verzamelen van beeld, in een vaste stijlvorm

Ad random een ouder album, in de tijd voor de telefooncamera, voor details op afstand toch beter

Elke memorabele vangst op een eigen pagina van 40/30, in spread dus 80 cm breed, indrukwekkend