maandag 23 december 2013

maandag 16 december 2013

Nieuwe horizonten

Eindelijk december... rust aan de waterkant

Met het verstrijken van de tijd in een visseizoen heb ik zeer regelmatig 'honger' naar nieuwe visgronden. In tegenstelling tot diverse vissers in mijn directe omgeving die juist heel kieskeurig maar naar een paar wateren gaan (omdat 'ze' daar zwemmen...) en deze dan ook als hun broekzak leren kennen, ondertussen wel de aanwezige vissen dubbelend en meer. Ik kan dat niet, naast het bevissen van mij bekende wateren heb ik heel vaak vers bloed nodig, nieuwe dromen en leegtes, voel me dan ook veel meer een nomade dan mijn vissende omgeving en dat zie ik in allerlei andere elementen van mijn leven ook terug. Dat zoiets betekend dat er telkens overnieuw begonnen moet worden met kennisvergaring van hoe het werkt neem ik op de koop toe, hoort er eigenlijk een beetje bij. En dat daarmee ook de vangsten soms uitblijven is evident, hoort er ook allemaal bij. Ik geef toe aan mijn rusteloosheid, maakt me gelukkiger. Eigenlijk ook een zoeken naar de Heilige Graal, zo'n water waar alles samenkomt, ze zijn er, maar het gebeurd maar heel sporadisch dat je er een vindt.

Zo ook dit najaar. Nieuwe horizonten. Diverse wateren zijn al bezocht voor een keer. Onder andere voor de tweede keer (vorig jaar ook) naar een recreatieput geweest waar wat geruchtenmonsters zouden moeten zwemmen, met John, maar al wat we er (vingen en) vangen is relatief klein en tegelijk toch ook al zo gehavend, zo getekend door de tijd. Ik zeg, "er zwemmen geen grote krokodillen hier". Staat de make-up van het water ook niet toe. Een forse uitspraak, want hoe kun je dat nou echt weten? Maar zo voel ik dat. De gevangen vissen kunnen natuurlijk de mannetjes zijn, en zijn de dames de dans ontsprongen,  maar het enige grotere vrouwtje kwam er vorig jaar uit en deze sessie opnieuw, en geen centimeter langer dan vorig jaar, wel weer wat verkreukelder. Ik zeg, "een teken aan de wand". Met doodaas-vissen lijkt het een beetje hetzelfde als op een voerplek op karper vissen, de grootsten komen er al vrij snel  uit. Betekend bij doodaas-vissen dus uiteraard wel dat je in die zones moet vissen waar je die grotere dames verwacht. Wat ons rest deze dag is sfeer. Ook wat waard.


Nog zonder honden zo vroeg...

Oude krijgertje


En heel regelmatig ga ik alleen de boer op, lekker proberen hier en daar. Zo ook op zondag 8 december j.l.. En wat denk je; bij zonsopgang al in de file, gewoon even de weg geblokkeerd voor onbepaalde tijd en nee geen ongeluk, gewoon maar "iets"... tja zo kan het ook, laat ons maar wachten... iedereen die op zondag op dit uur al op de snelweg zit is sowieso niet wijs... toch?

Eindelijk bij de stek aangekomen had ik de lieslaarzen al aangetrokken omdat ik dacht al mijn zooi door het water te moeten gaan lopen. De laatste grote storm in november had een boom zodanig doen vallen dat het pad verspert was, dat was me van de vorige keer een paar weken geleden tijdens een voorverkenning al opgevallen en dat had ik onthouden, maar wat schetst mijn verbazing als anderen er keurig een poortje in uitgezaagd hebben. Dank u heren, het wordt gewaardeerd. Vermoed dat het karpervissers zijn geweest, sinds het vrijgeven van het nachtvissen is het veel drukker aan de meeste wateren geworden; waar je eerder in de winter niemand zag mag je nu een lootje trekken voor een stek en ook hier op dit specifieke water wordt fanatiek 's nachts gevist. Mede te zien aan de overdaad aan kaalgemaakte stekken in het riet en de bossages, plus het vele achtergelaten vuil. Ik ben voor een Nederlandse Prüfung!


"Rijen, rijen, rijen in een wagentje..." 

Prachtig poortje 


Ik heb er een groot deel van het licht heerlijk zitten vissen vanaf een punt waar vrijwel nooit met doodaas gevist is omdat de locals denken dat je hier alleen maar vast zou zitten wegens het vele puin op de steile taluds. En dat klopt als een zwerende vinger als je je aasvis langs het eerste talud naar beneden laat zakken tot een metertje of zeven diep, maar omdat ik weet dat deze schiereilandjes pas in een later stadium zijn aangelegd toen de diepe plas allang bestond ben ik er vanuit gegaan dat verderop in het water ook wel mooie taluds en dieptes te vinden zouden moeten zijn waarbij ik ver over de gestorte ellende vlak onder de kant vandaan zou kunnen blijven. Waarvan akte.
Niet dat het uitmaakt, geen beet, of het moet de afgekloven spiering geweest zijn... de krabben hebben zich hier tegoed aan gedaan, en wel op 10 meter diepte... phoe. De enige andere medevissers die ik vandaag gezien passeerden in een bootje, lusteloos wat jerkbaits achter zich aan slepend en ook zij hadden nog niks gevangen. En naar ik mocht aannemen was dat voor de eerste keer dit jaar (?).
De zonsondergang maakte veel goed, zo niet alles, Uiteraard ga ik hier terugkomen. Smaakt naar meer!



Heerlijk dagje zo met een zuidenwind recht op de kop

Waren ze allemaal maar zo, minimaal... 

woensdag 27 november 2013

Murphy naar huis!

Een paar dagen na de prettige vangst van wat mooie snoeken (artikel Murphy naar huis?) kwam er een onverwacht gaatje in mijn aardig dichtgetimmerde door-de-week-planning, met dank aan het natte weer en konden de haringen weer de koelbox in. Op naar de visgronden!

Twee van mijn maten waren al net iets eerder gearriveerd en hadden samen een van de topstekken bezet. Voor hen kon het wachten nu beginnen. Al hoewel 'wachten'... zodra vissen wachten wordt kap ik er subiet mee. Het is geen wachten, het is er zijn, being there, en in het moment zitten, de verstrijkende tijd beleven. Transcendentie bijna. Ach, tegen wie heb ik het, jullie zijn ook vissers.
Ik nam plaats op een van de andere strategische plekken om een zone te bevissen die voor mij redelijk nieuw was en ook tot nog toe in algemene zin niet al teveel vis had opgeleverd binnen de groep; de prairie zeg maar, niet al teveel 'geaccidenteerd terrein', in tegenstelling tot andere stukken.
Ik kijk naar de overkant en ervaar mijn maten als naast me zittend. Ondanks de paar honderd meter afstand hoor ik de Haagse tongval in de verder onverstaanbare klanken die via de wind naar mij toe worden gestuwd. Toch gezelliger met meerderen van gelijke gezindte, al zit je niet op gespreksafstand. Zo'n winterdag alleen uitzittend vraagt toch om een andere mentale benadering dan de makkelijker solovisserij in de zomer.

Als ik alleen vis hang ik er slechts één enkele dreg aan, geen takels meer sinds ik met twee handen aan een en dezelfde (bovenste) dreg vastgezeten heb, met aan de onderste dreg een forse snoek en tussen die twee in ook nog eens het net... tijdens de schemering in de regen, op mijn knieën boven het water en 20 minuten van enige bewoning... ik ben genezen. En het hoeft ook niet, misslaan is er zelden bij. Echt zelden. De snoek kan zo beter zowel met de hand als het net geland worden zonder complicaties door losbengelende dreggen en de onthaking is een peuleschil. Los van het vangen zelf (je moet 'm toch haken, dat valt niet te vermijden...) gaat het welzijn van de vis bij mij toch voor alles.
Dus; onthaakmat vlak bij de hengels en lange onthaaktang en eventuele kniptang ernaast klaarliggend. En koop een goeie, dat is de snoek waard. Die van mij is van het merk Knipex, met een lange steel en smalle kop, type betonschaar. Het kost wat, maar gaat een mensenleven mee en als je er om verlegen zit ben je blij dat je zo'n echte tang hebt. Al die tangen met een hengelsport(merk)naam zijn waardeloos. Excusé heren hengelsportmateriaalfabrikanten.
De enige keer dat er bij mij nog een takel aan te pas komt is als ik grote (30 cm) aasvissen inzet, maar die dus noodgedwongen alleen bij gezamenlijke visacties. Het liefst vis ik met een sardien, die heeft me nog nooit in de steek gelaten, maar dit jaar zijn de haringen ook wel favoriet binnen het clubje waarmee ik gegevens uitwissel, en favoriet omdat ze bij de snoeken ook favoriet zijn. Lekkere vette vissen, die als ze gedumpt worden op de stek, een dooie plek in de golven achterlaten door het vele vet.

Van dat zware licht, vol van duistere maar mooie beloften

Een prachtige ochtend weer, beetje regen, beetje wind, beetje wolken, maar wordt het de zoveelste blank? De aalscholvers zijn in elk geval zeer actief, sowieso hier op dit water dit jaar. Veel meer dan voorgaande jaren. Heb ondertussen mijn eerste aalscholver al 'binnen' in een eerdere sessie op een vergelijkbaar water, waarbij we beiden uiteindelijk met de schrik vrij kwamen. De vogel zat met zijn poot verward in de onderlijn, maar die lag op 8 meter diepte...
Ook nu weer jagen kleine groepjes aalscholvers van links naar rechts en terug, een van de onderwaterrichels (of de geul die er naast loopt?) volgend. Telkens als ze bij mijn aasvissen in de buurt ben probeer ik ze met netzwaaien (zou een Olympische discipline moeten worden, zwaar werk, pffff) en/of handenklappen op afstand te houden. Maar ja, die vogels weten ondertussen ook wel dat die oeverbewoners niet over het water kunnen lopen. Dus ze hebben er schijt aan.
Als een van die duikende aalscholvers weer vlak bij een van mijn aasvissen verdwenen is en mijn linker pike-swinger nerveus gaat bewegen denk ik zo'n aalscholver te pakken te hebben, of beter, hij mij. Ik wacht niet tot de boel gaat lopen zoals bij een snoekaanbeet en sla al direct aan, hopend de aasvis, en daarmee de dreg, uit zijn bek te jassen. Dat lukt in 99% van de gevallen. Maar het beest komt boven en vliegt weg, dus die kan het niet zijn... Vis? Het lijkt er echt op, en het blijkt zelfs zo. Ik dirigeer de vis rustig naar me toe, waarom zou je forceren? Zij gaat zo het wachtende net in.
Een prachtsnoek! Geen echt monster, maar dat geeft niet, ik ben er blij mee. Elke doodaas-snoek is er één. Er is een tijd geweest dat ik er niet warm of koud van werd, maar die tijd ligt al een jaar of wat achter me.

Het geluk is met me als een van de maten net op dat moment een praatje komt maken, kan hij samen met mij deze vis bewonderen en snel de foto's maken. Alles voor het welzijn van die vis, nietwaar? Tevreden zie ik deze dame weer de diepte inzakken. Allebei een ervaring rijker.

Blij!!

Snel weer de hengels terug want de ervaring leert dat de aasperiodes ook al in november vrij kort zijn èn er vaak diverse snoeken bij elkaar liggen. Waarschijnlijk draaien ze als een pack U-boten om een vloot met prooivis gelijk Liberty-schepen heen. Beetje bij beetje de school decimerend.
En ja hoor, binnen het uur een loper op dezelfde hengel. Nu een normale; wat piepen van de Delkim, een opwaartse beweging van de pike-swinger en dan gaat de lijn rustig lopen. Ik wacht heel even, geef nog wat lijn, doe de beugel dicht, check de slip, en geef een forse beuk. Ha, wat voelt dat goed! Gotcha! Het voelt aan als een forse vis en meekomen is er nog even niet bij. Bijkomend handicap is de kleirug waar ik deze vis overheen moet halen (de aasvis lag onderaan het talud) en deze dame is nog niet van plan heel erg mee te werken. Ik voel dat het een behoorlijke snoek is, een behoorlijke metah? (Dat is Haags voor meter.)
Ook onder de kant behoorlijk geef- en neemwerk. Bij scheppen van de vis herken ik haar, yellowtail, ook vorig jaar al eens gevangen, toen inderdaad op een metah-plus. Gegroeid? Nee, gekrompen, zelfs met twee centimeter... dat gegeven op zich is al een (blog)discussie waard. Nergens zoveel verschillende metingen als bij (dezelfde) snoeken. Het gaat dan telkens maar om een paar centimeter, maar toch. Binnen het clubje met vismaten meten we allemaal met dezelfde methode en dan nog komen er vaak kleine verschillen voor. Iets dat bij andere vissoorten veel minder voorkomt.

Yellowtail


Zo, da's al twee in de pocket en aan de overkant is het nog steeds stil. En omdat het nog steeds kan ook deze keer de hengel weer snel terug. Vandaag ben ik hebberig.
Zo tegen tweeën weer een aardig zwikkie aalscholvers, veel te dichtbij naar mijn zin, en ook nu een blerende Delkim en dito aflopende lijn. Nu dan toch de Zwarte Pest aan mijn haak? Maar de vermeende  haringdief komt al boven en vliegt weg terwijl mijn lijn nog afloopt. Opnieuw vis! Het bekende ritueel volgend wat eindigt bij aanslaan wordt gevolgd door een kromme hengel. Heerlijk dit, drie lopers en drie keer hangen. Ik voel al vrij snel dat er een van de mindere goden is. Al is dat erg relatief, met kunstaas vissend in de polder zou het The Catch Of The Day zijn. En al hoewel ik erg van het fotograferen ben (zo hebben we een van de huidige monsters al als 90-er ontdekt, en kunnen ervaren dat er elk jaar 5 tot 10 cm bijkwam...) laat ik deze vis direct zwemmen, ondanks het uitstralen van potentieel om ook groot te worden, het is mooi geweest.
Ik ga nog niet weg, er is vandaag een voorspelling geweest van een der twee vismaten dat mijn rechter hengel rond 15.00 uur zou gaan lopen en er een van de Grand Old Ladies aan zou hangen. En inderdaad staat er een op mijn verlanglijstje. En hij kan het weten, zelf al King of the Hill. Omdat ik het graag geloof blijf ik in elk geval tot die tijd zitten, maar het mag niet meer baten, geen beten meer. Hoeft ook niet, ik ben zeer verzadigd en tevreden. A man in peace with the world.
Als ik even later de twee mannen tegemoet loop om even na te praten, wordt mij medegedeeld "eruit gevist te zijn door een karpervisser!" Tja, dat moet ik toch even rechtzetten ter plekke. Ik ben allang geen karpervisser meer (zou dan met enige regelmaat last van grote plaatsvervangende schaamte hebben tegenwoordig, de goeden niet te na gesproken...), maar vis slechts nog maar òp karper. Zo nu en dan. (En dat dan weer wel met veel plezier, dus ik kijk er geenszins op neer.) Dat verzacht de pijn behoorlijk.

zondag 24 november 2013

Murphy naar huis?

Oktober/november

Normaliter maanden met vele highlights als het gaat om roofvisvangsten, maar het lukte me deze periode maar niet om van Murphy op mijn schouders af te komen. Ondanks het regelmatig gaan vissen. Ondanks het prettig kouder worden van het water, met de juiste stormen en depressies, en natuurlijk... de onvermijdelijke regen. 






Botte pech, omdat in de dagen om mijn eigen vissessies heen wel gevangen werd, en op dezelfde stekken. Door bekenden. Maar een mens moet nou eenmaal ook wel eens werken...
Genoten is er wel, eigenlijk elk weekend wel een water bevist, zowel bekend als nieuw water. 

Daarbij ben ik een langetermijns-voersessie begonnen op een lokaal water. Den Haag is gezegend met een van de grootste markten van Nederland en de afdeling verse vis is bijzonder groot. De concurrentie maakt dat de vis zeer betaalbaar is, € 10,00 voor 5 kilo horsmakreeltjes leek me dus een goede start. Om de dag zes horsmakreeltjes op een door mij geselecteerde zone in het uitgekozen water een goede voortzetting. Na vier voerdagen (een week dus) maar eens gecheckt of er al snoek lag te wachten. Uiteraard met hengels en vis. Bij aankomst werd ik uitgelachen door zes uitbuikende aalscholvers, gezamenlijk op een rijtje op de steiger. Na ingooien van de vissen stonden de toppen niet stil, niet vanwege de vele snoeken die er vandoor gingen met een maaltje horsmakreel, maar vanwege de knabbelende krabben of kreeften, zo nam ik aan, al bleek aan de aasvis bleek niets te ontdekken, dus het kan niet anders of de fors aanwezige populatie witvis heeft zich hier verzameld, knietje vrijend met mijn lijn...
De roofvis liet het (nog) afweten, maar het zal een kwestie van wat langer voorvoeren zijn. Ik heb er alle vertrouwen in. 

Ondertussen bleek ik een voorkeur voor mooie luchten ontwikkeld te hebben, waarschijnlijk bij gebrek aan beter.









Bijzonder fraai exemplaar, dat ook nog eens de maand redde... in elk geval tot dan toe


Op 24 november bleek er toch vis het net in te kunnen rollen. En wat voor één, niet zozeer qua formaat, maar een prachtig gebouwd en gekleurd exemplaar. Ook vismaat John had een overeenkomstige vis. The spell broken?


Prachtig getekende snoeken


woensdag 23 oktober 2013

Raar weekend

Sessie 18 t/m 20 oktober

Aanvankelijk zou het weekend van 18 t/m 20 oktober in het teken van barbeel op een een der grotere buitenlandse stromen staan, en inderdaad hebben ik en mijn Belgische vismaat daar 24 uur min of meer vissend doorgebracht, inclusief een nacht waarin ik een barbeel van 57 cm ving, maar het steeds harder stomende water deed ons voortijdig stoppen. 140 grams loden bleven niet meer liggen. Door de druk van water en meestromend afgevallen blad ging de boel telkens zoveel wandelen dat de zaak vast kwam te liggen tussen de vele stenen op de bodem. Wat resulteerde in steeds weer met een bootje het water op moeten om vanaf de andere richting de zaak weer los te trekken. De prachtige natuur in deze tijd van het jaar maakte veel goed, maar toch niet voldoende. En... de voorspelde en inmiddels gearriveerde regen deed ook haar duit in het zakje, ik kom maar niet van dat abonnement op Murphy af...

De natuur is prachtig in deze tijd van het jaar

Telkens weer het water op moeten met een bootje om de boel los te trekken gaat tegenstaan

Wat bij karpervissen met relatief zware voerdelen als boilies geen probleem is -zware stroming- is dat bij het vissen met lichter voer, als granen, hennep en kleinere pellets wel. Dan wordt een teveel aan stroming een vervelende spelbreker. En voeren een gok. Als je niet weet waar en òf je voer de bodem raakt gaat de onzekerheid aan je knagen en als dan ook de eigenlijk te verwachten vangsten uitblijven wordt zinvol vissen zinloos vissen. Zeker bij een vis als de barbeel waarbij spot on (met dank aan D.F.:-)  kunnen voeren en vissen bepalend is voor het succes. Al is ook deze zienswijze een kwestie van perceptie, dat besef ik.
Dit in tegenstelling tot de Hollandse stromen als Waal en IJssel waar het prima kan lukken om slechts met een brok kaas richting horizon èn grondbanken toch de nodige barbelen te vangen, kan niet anders dan dat daar de populatiedichtheid aardig groot is. Die werkwijze brengt hier geen vis in het net, of het moeten een paar verdwaalde hongerige kopvoorns zijn.
Gelijk bij weggaan werd de stek ingenomen door plaatselijk concullega's... begreep al niet waarom die twee heren al een keer of vijf langsgelopen waren zonder boe of ba te zeggen. Dit in tegenstelling tot andere passanten, iedereen had wel een praatje, sommigen zelfs van 1,5 uur, mocht je wat terugzeggen op hun eerste vraag.

De concullega's

Maar het zat me niet lekker, ik wilde toch vis vangen, had het hele weekend vrij gehouden om te vissen. It keeps me sane... Dus in plaats van naar huis toch maar solo richting Limburgse visgronden, daar had ik nog wat af te maken en dat kon prima met deze meer statische aanpak. Onderweg echter werd de regen een niet aflatende hoosbui met hang naar nog veel meer, dus de afslag richting Maastricht heb ik genegeerd, stug naar huis jakkerend in de stromende regen.

Thuis heb ik mijn 'wonden gelikt' en de zaak omgebouwd naar doodaas-vissen. Hengels, aas, tassen, en ja ook een voerboot, wat neemt een mens toch veel mee... Vismaten David en John zaten al vroeg, maar konden melden dat het nog niet liep, dus ik had geen haast.
De door mij beoogde landtongpunt op het desbetreffende water bleek in 1 jaar geheel en al dichtgegroeid met elzen en wilgen... en het vermeende gaatje rechts op de video was slechts ontstaan door een omgevallen boom, die er ook nog steeds lag, dus ook dat ging hem niet worden. Jammer, want vanaf hier is (of beter; was) een interessante diepere zone te bereiken waar zich altijd wel vis ophoudt.


Niet getreurd, want Arjan Snoeij had al een dag eerder de eerste grote blankers gevangen op een van de wateren in de buurt. Voor mij het sein om dan daar de snoekbaars te belagen. Die snoekbaarzen komen in de schemering achter de blankvoorns aan de taluds op. Beiden op zoek naar voedsel. Arjan vist hier met maden en ik dus met stukken blankvoorn. Op zijn snoekbaars aan een lange nylon onderlijn met een klein dregje. Snoek zit hier ook wel, een paar monsters zelfs, maar de overgrote meerderheid is snoekbaars, vandaar dat ik dat wel aandurf.
Als verwacht moest het schemering worden voor ik de eerste beet mocht ervaren. De vis liep goed en zonder haperingen door, aanslaan was een formaliteit. En dat gold even later qua beetverloop ook voor de tweede beet, maar die miste ik falikant. Een gat in de lucht was wat resteerde. Plus de onbenullige blik van een verbaasde visser...
Met de vangst van de snoekbaars is de kop er weer af, het roofvisseizoen is van start. To be continued.

Wat een prachtvis toch

zondag 29 september 2013

Het kan verkeren

Zaterdag 28 september



Op naar Limboland. Dit keer niet al te vroeg, eens kijken of dat uitmaakt. Volgens vismaat Arjan (Snoeij) zijn de barbelen de hele dag door te vangen. Zelf heb ik die ervaring ook, maar wel met een piek in ochtend en avond. De ochtend missen we dus al. We zullen zien, in elk geval blijven we tot laat.

Een rare sessie dit keer, raar in de zin van niet doorzettende beten, of nog beter gezegd niet te verzilveren beten resulterend in een vangst. Hier ook dressuur? In elk geval is de zone waar wij altijd beginnen nu zeer frequent bezocht door anderen, en niet de zachtzinnigsten. Autosporen tot aan het water, heel veel (onnodig veel) beplanting gesloopt om een plekje te maken. Jammer. Teveel aandacht in de media? En... het kan ook de vissen alerter gemaakt hebben. Zeker barbeel is een snel te verjagen vis, in elk geval hier.
Al zal dat vandaag niet geheel en al de reden zijn, want ook op stekken waar nauwelijks (tot nog toe) iemand komt is het karakter van de beten niet anders.


Elke sessie ook een nieuwe zone bezoeken


Met pijn en moeite weet ik een kopvoorn te haken en te landen. Schitterende vissen toch. En ze kijken je ook echt aan, alsof er bewustzijn in zit. De gemiddelde kopvoorn is hier tussen 40 en 45 cm. Direct bij aanslag is nooit te zeggen wat het is, kopvoorn of barbeel. Een kopvoorn echter heeft sterk de neiging de oever in te willen duiken, in plaats van de volle stroom op te zoeken. En dan weet je het direct.

Arjan stoeit ook met het niet kunnen vangen van vissen. Al zal hij deze sessie met twee barbelen afsluiten. Mij lukt het niet. Trek alles uit de kast; actief vissen, uur laten liggen op één plek, wisselen van lengte onderlijn, wisselen van aas, wisselen van stek...
Over wisselen van aas heb ik nog wel een grappige observatie, die ik regelmatig bevestigd heb gezien hier. Kaas op de haak geeft leven, in elk geval dus vis op de stek. Omdat ik wil weten wat voor vis (bijvoorbeeld brasem of blankvoorn) schakel ik over op een dotje maden. Geen beet meer, niks, alsof de vissen opeens verdwenen zijn. Kaas weer op de haak, in no-time weer leven en vaak ook vangen. En barbeel, wat dacht je? Tja, zeg het maar...

Het is al laat en de maaltijdsalade -een handige supermarktuitkomst als je doorvist tot in het donker- is allang verorbert als ik weer rare beten krijg. Laat ik het nu maar eens anders doen, met wat de Engelsen twitcherhitting noemen, slaan op kleine stootjes. Normaal doe ik dat niet, sla pas aan als de hengel een prettige curve heeft. Volgens Stef Horak (Engels specialist angler met eigen kijk op de zaken) moet je op je handen gaan zitten om te voorkomen dat je barbeel te vroeg aanslaat. Maar wellicht is het aasgedrag van de vis vandaag zo anders dat eerder slaan soelaas biedt. In dat kader moet denken aan een meer dan uitstekend artikel (In de ban van de bijvangst) over penvissen op karper van Luc de Baets in Monkeyclimber #01, dat zette me destijds wel aan het denken.  En dat kan voor alle vis gelden eigenlijk.
Dus aangeslagen bij de allereerste echte vistrilling van de top en... gelijk vis! Ik denk een barbeel, maar het beest zwemt raar, doet niet wat er van hem of haar verwacht wordt... en dat kan uiteindelijk alleen maar een grote paling zijn. Het net in geeft nog wat probleempjes, zo in het donker -ik zit tussen de struiken in een klein gaatje te vissen- maar uiteindelijk kan ik de groene dame (denk ik toch) ontdoen van de haak. Wat een wonderlijke vissen zijn dit toch. Even later, na een snelle foto en wat stille bewondering van mijn kant flitst ze weer de diepte in.

Wonderlijke vissen

Mooi geweest vandaag, een prachtige sessie, in elk geval qua beleving, ik kom hier graag. En graag terug. Laten we zeggen over drie weken. "Arjan waar zit je, we gaan naar huis?"


maandag 23 september 2013

Wat ik heel graag doe is...

Sessie 2 september 2013



Wat ik heel graag doe is met Arjan (Snoeij) naar het land van de stromende riviertjes afreizen en daar proberen een barbeel te vangen.
Met één hengel, in de hand gehouden en aan het andere eind niets anders dan een rolloodje en een haak waarop een blokje kaas...
Ik waan mij dan als Isaac Walton, vissen zoals het ooit bedoeld was. Intens in de beleving en intensief in de inspanning.
Dat tweede doen we uiteraard zelf door veel te verplaatsen en te proberen. Zeg maar een stek afvissen net als bij kunstaasvissen, waaiervormig (voor zover mogelijk).  Je kunt wel gewoon ergens in die stroom je handeltje ingooien en dat handeltje gaat dan wel met de stroom mee naar 'elders', al rollend, maar de ervaring leert dat een beetje gericht zoeken sneller en meer vis oplevert.

We zitten op goud, deze sessie, ik voel dat. Visweer. Eerst de bekende zones afvissen. Die leveren mij al snel zowel barbeel als kopvoorn op. Wat zijn de vissen hier toch sterk... (Meestal) eerst wat inleidende tikjes en dan, BAM vliegt de hengeltop naar beneden, de hengel naar voren en kan het spel van geven en nemen beginnen. Barbelen schieten gelijk met een rotgang met de stroom mee van je af, dus als daar een boom staat of een ander obstakel is het alle hens aan dek. Kopvoorns zijn minder sterk, maar zeker net zo fel in het begin direct na aanslag. Al met al een furieuze strijd aan een kort stukje nylon, telkens weer. Zelf zet ik daarvoor deze sessie voor het eerst de Drennan Series 7 Specialist Avon Quiver Combo hengel (met testcurve 1 3/4 lb)s in. Als test om te kijken of deze hengel het in deze omstandigheden goed doet en ik moet zeggen dat het een juweeltje is. Een gevoelige top plus voldoende backbone in de achterkant. Afgebouwd zoals Drennan bekend staat, heel basic, je betaald niet voor visuele franje, maar qua inzetbaarheid met vissen wordt er geen compromis gesloten. Aanrader. Ik heb ook de 1 1/4 versie in de kast staan, maar denk dat dat meer een hengel voor wintervoorn gaat worden.

Vlak voor de zon opkomt de eerste vroege vogel

De kracht blijft me verbazen voor zo'n relatief kleine vis. Deze kwam uit een diep gat van 4 meter. 

Zoals elke keer naast de bekende zones ook een onbekende zone, deze rivier heeft er genoeg om nog een paar jaar voort te kunnen. Soms leveren die zones wat op en neem je hem daarna op in 'de route' en soms ook niet en laat je hem vallen. Geheel onterecht overigens, want werkelijk elke zone kan zowel bulken van de vis als kompleet verlaten zijn, elke keer anders... nergens zo veel en sterke migratie als op dit soort riviertjes, daarvan ben ik overtuigd, maar de menselijke geest is een raar ding met zijn zoeken naar zekerheid.

De nieuwe zone levert mij naast een kopvoorn ook weer een barbeel op. Een oude vis, het patina van de tijd straalt van haar af. Het gaat goed vandaag. En ondanks dat we hier de meest aanlokkelijke stek niet kunnen bevissen door, zeg maar, plaatselijke omstandigheden in de vorm van eventueel gevaar voor eigen leven. Het blijft het platteland... we komen nog wel terug.

Oervis uit oerrivier, fijn dat we in Nederland deze mogelijkheid hebben

In één keer krom die hengel, splittsecond...

Arjan heeft gelukkig intussen ook vis, al zijn het dan twee kopvoorns en nog geen barbelen.
Tijd voor een lunchbreak. De gister gekochtte (Arjan; "Ik ga eten halen. Wil je buitenlands? Nasi of bami met sate? Piza kan ook." Het werd nasi en zoals gewoonlijk teveel voor het geld, dus dan kon mee voor vandaag...) nasi met satesaus, de sate zelf was al op, werd opgewarmd op een brandertje, zittend in een appelboomgaard. Volledig voldaan gingen we naar een bekende zone daar vlakbij.
Viel voor mij tegen, door aanpassing c.q. versterking van de oever was mijn beoogde stek eigenlijk gesloopt. Dan maar een oplossing zoeken in de vorm een trappetje maken in het losse zand. Beetje gevaarlijk, de hellinghoek bedroeg toch al snel 45 graden. Het zou me mijn schepnetsteel bij het spreidblok kosten, die kon het gewicht van de eerste barbeel niet aan, omdat ik wilde voorkomen de vis door het zand omhoog te slepen...
Waarmee ik al weggeef dat ook deze stek vis oplevert en niet een, maar zelfs twee. Geen monsters, maar doorsnee barbelen. Ik ben er niet minder blij om.
Nu we het daar toch over hebben, hoe kan het toch dat anderen regelmatig wel van die 70+ barbelen vangen. En niet alleen hier. Anders meten, bijvoorbeeld via de bovenkant waar de staartvis langer is?



De koningen van de stroom
Arjan heeft tot nog toe in totaal slechts 1 barbeel dus verlaten we deze zone om naar de ons best bekend staande te gaan. Bijna vangstgarantie. Hij vangt er nog twee bij (zie je wel...) en ik... ik zie werkelijk geen stoot meer.
Mooi geweest zo, de weg naar huis is nog een lange, dus eerder dan gepland gaan we op huis aan. Meer dan tevreden. Samen zeven barbelen en vier kopvoorns. Nous reviendrons!

zaterdag 24 augustus 2013

Franse sferen en ouwe meuk

Augustus 2013

Op zoek naar nieuwe barbeel-horizonten in mijn favoriete vakantie(vis)land La Douce France stroomt het over van de sfeerimpressies die mijn telefooncamera niet kunnen weerstaan... Al hoewel ik ziek heen ga en zieker terug kom moet mijn romantische fotografenhart soms toch echt van zich doen spreken. Frankrijk, ik mis je en ik beloof plechtig meer aan de oevers van je prachtige rivieren te vertoeven...










vrijdag 2 augustus 2013

Zomerzotheid

2 augustus 2013


Hete zomers zijn graskarperzomers.

Zo ook deze zomer, die van 2013. Heet is het, en al een tijdje. Ik besluit een van mijn graskarperpolders te gaan bezoeken. Aanvankelijk niet om te vissen, maar om te spotten, "want waar zitten ze?" en om daarna een val te zetten in de vorm van een van tevoren schoongeharkte plek vol met lekkers in de vorm van gefermenteerde granen.

Ik moet een fikse polderwandeling maken voordat ik zeker weet in de goeie zone te zijn, maar zodra ik er een zie, zie ik er meer en er liggen een paar serieuze duikboten bij. "Wauw, moet je die zien, een spoorbiels-imitatie..."
Het zijn echt de laatsten der Mohicanen, nieuwe (gedoceerde) uitzettingen hebben weinig resultaat gehad. waarschijnlijk juist omdat ze te gedoceerd waren, anders dan bij bijvoorbeeld karper is in de beginjaren de uitval groot. We moeten het er mee doen waarschijnlijk.
De vis is goed actief ondanks het sneller warmer wordende water. Ik zal snel moeten gaan vissen, want wordt het nog warmer en neemt de hoeveelheid waterplanten ook nog toe, dan zijn deze polders heel kwetsbaar (te warm water en grote hoeveelheden waterplanten die in het donker stikstof produceren geven vissterfte) en met name de graskarper is een hele tere vis die weinig kan hebben, dus dan wil ik ze weer met rust laten. Maar voor die tijd...

Die visdag ben ik laat, maar ik weet, voor die grassers maakt dat niet zo heel veel uit, die gaan lang door. Elimineert gelijk de bijvangsten.
Stek 1 is binnen een paar dagen opnieuw dichtgegroeid, ondanks het harken en voeren, maar stek 2 lijkt prima bevisbaar. Voer erop en eventjes een praatje maken met de boer. Ook hij bevestigd dat het er elk jaar minder worden, mede te merken aan het steeds meer totaal dichtgroeien van het watersysteem, op wat kleines zones in de hoofdwetering na...

Bij aankomst in Indianensluip, de enige manier om ongezien te naderen. Aasje in het water, mais en tijgernoot pop-up gevist. Dobber ongeveer 70 cm overlood zodat ik die bijna in de oever kan zetten en het aas toch daar vanaf ligt, dit om lijnzwemmers te voorkomen.
De vis is aanwezig, ik schat twee of drie duikboten die zich te goed doen aan het voer, dus het duurt eigenlijk maar heel kort voor ik een serieuze wegloper krijg. Bam, aanslaan! En dan begint het spel van geven en nemen. Ik probeer de vis zo snel mogelijk te drillen, maar wel zodanig dat ze echt uitgedrild is. Enerzijds om te zorgen dat bij terugzetten voldoende energie over is om weg te zwemmen, anderzijds om te voorkomen dat de vis op de mat niet stil te krijgen is. Allebei onwenselijk.

In het net zie ik het al, een der spoorbielzen. Gelukt. Yiha!
Nadat de vis weggezwommen is ruim ik rustig op, verder vissen heeft geen zin, en waarom zou ik ook?

Spoorbiels

In de paar weken die volgen komen er nog meer aan land, maar al snel wordt duidelijk dat de hitte en de planten inderdaad zorgen dat we weer tot minimaal september moeten wachten om zinnig (weidelijk) te vissen en laat dat nou net de maand zijn dat hier in deze polder voor de grassers het licht uit gaat, althans mijn ervaring.

Een vrolijke bende, mij volgend waar ik ging, in een latere sessie

vrijdag 12 juli 2013

Nieuwe uitdaging

Juli 2013

Mijn behoefte aan vers bloed qua zeeltwater kan niet wachten tot 2014. (Zie artikel hieronder.) Ik heb de mazzel om in een zeeltrijke omgeving te wonen. Sommige nieuwe wateren zijn in staat om de zeelten (daarin terecht gekomen als onderdeel van de oude polder-visstand) maximaal te laten groeien en ook nog in aardige dichtheden om het gericht vissen er op zinvol te maken.

Onder de rook van de grootste havenstad van de wereld ligt zo'n nieuw water. Uitgestrekt en daarmee vol hoeken en gaten, die later in het jaar ook nog eens knap dichtgroeien met allerhande planten. Ideaal voor zeelt, temeer er aan andere vissoorten niet al te veel van in zit. Zo zie ik het graag.

Rustig en ongestoord zitten is hier een optie. Al moet je er even voor wandelen. Zo ook die ochtend. Ik ben vroeg, maar voor mijn gevoel toch te laat met vissen. Zeelt is een ochtendvis. Mede omdat de stek wel even getest moet worden op onderwatervegetatie ligt het voer er pas laat in, laat staan het aas, in elk geval is het al warm, ik ben blij met het boompje naast me. Mijn voer ligt exact in het diepste gedeelte van een zijkommetje, het enige stuk waar hier geen planten op de bodem staan. Ideaal, zo lijkt me. Als er zeelt is liggen ze hier. Of anders komen ze er regelmatig, het wachten waard.

Ik hoef niet lang te wachten, de eerste vissen dienen zich aan. Goudbruine brasems (toch hier?) en prachtige ruisvoorns gaan er telkens met het trosje maden vandoor. De andere hengel met de mini-boilie is veel minder populair. Een onbekende hap hier?
Zodra de waker van die hengel omhoog stuitert weet ik wat er aan de andere kant zit, en ook de zeelt met van die felle stoten, alsof je elektriciteit drilt, beseft dat hij moet zwemmen voor wat hij (zij) waard is mocht hij (zij) nog een kans willen maken.
Het mag niet baten, de vis komt in mijn net. en ik ben er blij mee. Niet het monster waar ik al jaren op jaag, niet de zeer grote zeelten die ik de afgelopen jaren gericht bevist en gevangen heb, maar een waarschijnlijk maagdelijke jongedameszeelt met heeeel veeeel potentie, die bouw zie je toch maar zelden (vorig jaar had ik er exact zo'n zelfde hier). Feestje!!

Ik voel dat er meer in zit, zeelt komt zelden alleen, maar op de een of andere manier stopt de onderwater-activiteit en daarmee de aanbeten. Bijvoeren brengt de zaak niet meer op gang. Soms gaat dat zo en moet je wachten tot de volgende aasperiode. Helaas heb ik die tijd vandaag niet. Ik beloof mezelf terug te komen, snel liefst... Maar zoals dat gaat wachten er eerst andere avonturen en wateren en tegen de tijd dat ik weer zou kunnen hoeft het niet meer, je kunt gelijk een zekere heilige over het water heen lopen. Kansloos voor vissers.... tot volgend jaar. Zou zomaar kunnen dat ik er een heel voorjaar ga vertoeven.

Boordevol potentie



donderdag 27 juni 2013

Afscheid van een water...

20 juni 2012



Langzaamaan dringt het tot ons door, en bij elke sessie wordt het beeld sterker, het beste zeeltwater van mijn favoriete zeeltwaterenlijst is niet meer. De algehele vissterfte vorig jaar heeft teveel ook huisgehouden onder de zeelten, en dat is te merken. Big way.
Nu is wachten op een vis geen echt wachten, dat weten we allemaal, maar als de rest van de visserijbeleving niet van dusdanig formaat is (door randverschijnelsen en randfiguren; de randverschijnselen in de vorm van teveel en verkeerd bezoek en de randfiguren in de vorm van asociale hondenbezitters, junkies en dronkenlappen) dat dit 'wachten' eigenlijk irritatie wordt, dan moet het maar klaar zijn. De kogel gaat door de kerk, niet meer hier voorlopig. En dat doet zeer.

Keerzijde van deze donkere kant van de medaille is dat andere wateren in opkomst zijn als zeeltwater, dus mijn drive om in het voorjaar  (veel) zeelt te vangen is geenszins over. Maar dat is voor 2014.

Nu wachten de graskarpers, her en der in de polders van Nederland. Te bevissen met de pen, als noodzakelijke afwisseling voor de veel meer statische benaderde zeelt.




Zeelten tussen 53 en 56 centimeter

Van de in twee lange sessies (drie dagen met daartussen in twee nachten) gevangen zeelten waren er al twee oude bekenden, dubbelaars.
Overigens zeer opvallend is dat het gros van de gevangen vissen uit mannetjes bestaat (vergrootte en verharde lepelvormige buikvinnen), en dat verschijnsel zien we al twee jaar, dus kan het niet anders zijn dat het overlevende deel van de zeeltpopulatie ook uit mannetjes bestaat.
Dat het andersom ook zo kan zijn bewijst een ander Nederlands water waaruit verreweg het overgrote deel van de gevangen vissen bestaat uit... vrouwtjes.

woensdag 29 mei 2013

Prettige bijvangstigheid

29 mei 2013

Mei is de juiste tijd om op graskarper te gaan vissen, althans als het voorjaar dat toestaat. Wel de alvast benodigde warmte, maar nog niet de hoeveelheden planten die maken dat jouw voertje geduchte concurrentie heeft.
In 2012 een nieuwe polder gevonden (of beter gekregen) met meer dan prettige resultaten in de vorm van zwaarlijvige graskarpers. Oke, het is even lopen, maar dat is meer een hobby binnen een hobby bij mij. Goed voor het lijf.

Dit jaar terug. Kijken of we ze weer in dezelfde sloot kunnen vinden. Op maar één broek (lange smalle strook land aan weerszijde omgeven door sloten of weteringen) mogen we komen, de rest is natuurgebied en daarmee verboden. Gelukkig bevind zich juist hier een dieper stuk, dus is het automatisch dat hier veel vis zit.
Voertje erin op strategische plekken, mag best een paar handen zijn. Wat jammer is dat de beroepsvisser net dit jaar een fuik heeft neergezet tegen de bosjes waar ik graag tegenaan vis. Het is niet anders, hij heeft hier ook visrechten. Ik moet dus uitwijken naar 'om het hoekje'. Is niet zo heel erg, want hier loopt een heel flauw taludje dwars op het water. Wat telkens opvalt is dat hier veel vis draait.

Om het hoekje

De vis zit al heel erg op het erg ondiepe. Daar waar 40 cm water staat zie ik met regelmaat grote ruggen en staarten door het water gaan. Te ver om te vissen met een pennetje. Met wat geduld komen ze mijn kant op. Ik maak een spoortje. Zou mooi zijn, ben toe aan een grote grasser.

Belletje links, belletje rechts, dobber komt omhoog en zakt daarna schuin weg, langzaam. Aanslaan is een automatisme. Niet te missen. De vis spuit direct een meter of 10 bij mij vandaan. Zou het een grasser zijn, de eerste van het seizoen, en gelijk een monster? De vis blijft lang weg, keer op keer wordt er lijn van de spoel gerost. Door het steeds donkerder worden zie ik eigenlijk niet wat ik heb, echt een graskarper? Pas in het net blijkt het een gewone schub... Nou ja, gewone... wel een hele beste. Arend, die halverwege de wetering zijn geluk beproefd, komt aangesneld en maakt in het laatste licht wat plaatjes. "Ze zitten er dus toch'. Tja, hij is van de karper. Arme jongen...





zaterdag 27 april 2013

"Bream, bream, brea-ea-ea-ea-ea-eam..."

Maart-april 2013

In mijn hoofd is het jeugdliedje van de Everly Brothers "Dream, dream, dream..." allang overgegaan in "Bream, bream, brea-ea-ea-eaea-eam...".
Al zijn de gewenste brasems en het slechts dromen erover nauw verbonden, want alle sessies blijven beetloos, en daarmee visloos.
Waar zijn ze?
Waar dan ook, in elk geval niet hier...
De vorig jaar prima uitgedachte en -gewerkte strategie om ver weg naar de rustige oever te vissen is dit jaar niet succesvol. Niet dat anderen wat vangen, dus dat is geen criterium, maar dat was vorig jaar net zo... en toen vingen wij prima. Zo zie je maar, denk je dat je het weet en even 'wat' grote brasem toe kan voegen aan de 'lijst', valt dat toch vies tegen.
En dan eindelijk als ik de hoop allang opgegeven heb komt er in de laatste sessie toch nog een aanbeet van een prachtbrasem. Eén hè. That's it. Het luidt het einde van deze periode in. Op naar warme tijden vol zeelt en andere vissoorten.

Roerloos gebleven

De rustige oever-aanpak faalde jammerlijk

Troostprijs

Zo heb ik er deze periode in relatieve ledigheid vele zien wegzakken

Ja, hij wel...